“Indoctrineren kun je leren” – Waarom ik stopte met de lerarenopleiding en hoe het onderwijs eruit zou moeten zien

“Indoctrineren kun je leren” – Waarom ik stopte met de lerarenopleiding en hoe het onderwijs eruit zou moeten zien

Eind december 2021 stapte ik definitief uit het onderwijs. Kort daarna werd ik door Bjorne Willemsen gevraagd of ik voor zijn prachtige initiatief, het tijdschrift We Are Pioneers Magazine, een essay wilde schrijven en daarin wilde vertellen waarom ik het onderwijs verliet. Omdat We Are Pioneers gericht is op hoe we bepaalde vastgeroeste structuren binnen de maatschappij kunnen veranderen, leg ik na mijn kritiek de focus op hoe het onderwijs mijns inziens eruit zou moeten én kunnen zien.

School is nou eenmaal niet leuk’

En daar valt niks aan te doen, althans, volgens veel docenten, ouders én scholieren. De tendens dat het leven pas echt begint na school, is een valkuil waar we met velen instappen. Na een aantal jaar in het voortgezet onderwijs te hebben gewerkt, kwam ik tot een teleurstellende conclusie. Er is 1 doel: een diploma halen, zodat we kunnen ‘beginnen met leven’. Maar hoe zit het met de reis ernaartoe? En gaat het eigenlijk wel om een einddoel?

Gevangen in het onderwijs
In de afgelopen honderd jaar is de maatschappij in een enorme snelvaart veranderd, grotendeels dankzij technologische ontwikkelingen. Sinds mijn geboorte, ik kom uit 1993, zijn we van cassettebandjes en ‘inbellen’ naar betalen en toegang met QR-codes gegaan. Als we echter een foto van een klaslokaal van honderd jaar geleden naast een foto van vandaag leggen, is het enige verschil dat de ene foto zwart-wit is en de andere foto in kleur. Weer alleen technologische ‘progressie’. Braaf luisteren we nog steeds in busopstelling naar iemand die het uiteindelijk áltijd ‘beter’ weet. We zijn niet alleen gevangen door dezelfde vier muren, in hetzelfde gebouw met dezelfde docenten, maar ook door niveauconventies. Conventies die gebaseerd zijn op slechts 3 soorten intelligenties: wiskundig, linguïstisch en ruimtelijk inzicht. Honderden, andere vormen van intelligentie worden genegeerd. Einstein zei ooit: “If you judge a fish by its ability to climb a tree, it will go on believing that it’s stupid its entire life”. Vervolgens wordt er verwacht dat je deze vormen van intelligentie op hetzelfde niveau beheerst, hetgeen inhoudt dat als je een wiskundig genie bent die niet zo goed kan spellen, je je mathematische talenten nooit binnen het schoolsysteem kan ontplooien. Toen een neef van mij een jaar of 12 was, kocht hij allerlei onderdelen waar hij zelf een computer mee bouwde. Hij legde op jonge leeftijd al verbindingen die veel mensen pas op latere leeftijd werden aangeleerd en gebruikte zijn ongepolijste creativiteit om een unieke machine te creëren. Maar helaas: dyslectisch. Dus hij moest naar het VMBO. En dat was ‘nou eenmaal niet leuk’, dat hoorde gewoon zo. Niveau is slechts een van de vele categorieën die een limiterende werking heeft. Op de basisschool en in het voorgezet onderwijs worden leerlingen ook op basis van leeftijd een vaste groep toegewezen. Vervolgens is er een select aantal standaardvakken, waarbij in de laatste jaren van de middelbare school de illusie van keuzevrijheid wordt gewekt. De keuzeruimte is namelijk héél beperkt en binnen de vakken zelf wordt er een eenzijdige versie aangeleerd, waar meestal maar weinig ruimte voor alternatieve invalshoeken is. Als deze ruimte er wél is, gaat deze gepaard met een duidelijke grens. Duidelijke voorbeelden hiervan zijn het vak ‘aardrijkskunde’ als het bijvoorbeeld over klimaatverandering gaat, of het vak biologie -want is er al een eenduidige consensus betreffende gezondheid? Als de afgelopen twee jaar ons iets hebben laten zien, is dat er vaak maar 1 narratief wordt gevolgd.

Mijn ervaringen op de universiteit
Toen ik nog op een school werkte, keek ik met regelmaat vol verbazing naar mijn collega’s, die achter een eenzijdige manier van onderwijs aanbieden stonden. Eerlijkheid gebiedt mij te zeggen dat niet alle docenten hier volledig achter stonden, maar dat de meesten hier wel akkoord meegingen of dat zij slechts binnen beperkte kaders iets wilden of konden veranderen. Ergens was mijn verbazing niet helemaal terecht, immers heb ik dezelfde beperkingen ervaren toen ik zelf nog studeerde. Toen ik aan de Universiteit van Amsterdam Nederlandse Taal & Cultuur studeerde, liep ik voornamelijk tegen de zogenaamde ‘cancel-cultuur’ aan die daar heerste. In het gebouw waarin de faculteit Geesteswetenschappen huisde, liep ik door gangen waar posters van Karl Marx aan de muren hingen. Toen er een groot debat werd georganiseerd en Thierry Baudet had toegezegd om hieraan deel te nemen, werd hij last minute gecanceld: hij zou te ‘controversieel’ zijn. Ik miste het gesprek, het gulden midden waar we samen konden komen en de onzichtbare zijkanten van een verhaal. Ik merkte al snel dat er een gebrek aan ruimte was om mijn eigen denkkaders te vormen en dat de focus vooral op polariserende thema’s lag. We moesten boos zijn. Op de wereld, op gedachtegoed, op onderdrukkers, op geschiedenis. Op binariteit en op non-diversiteit, wat ik altijd al een grappige paradox vond. We moesten op dezelfde manier anders zijn en de rest onderdrukken. Tijdens de lerarenopleiding kwam ik erachter waar de eenzijdige denkkaders vandaan kwamen: niet alleen leerlingen wordt een denkkader opgelegd, maar de leraren wordt opgedragen dit denkkader voort te zetten -zonder zich bewust te zijn van het feit dat deze kaders hen ook zijn opgelegd. ‘Indoctrineren kun je leren’ zei ik in een filmpje waarin ik mijn ervaringen over twee colleges aan de lerarenopleiding deelde. In het eerste college moesten de studenten met behulp van ‘ontwikkelingspsychologie’ verklaren waarom leerlingen zich niet aan de coronamaatregelen (kunnen) houden en hier vervolgens een ‘oplossing’ op verzinnen. Zo werd er bijvoorbeeld geopperd, dat we de ‘dodelijke consequenties’ moesten benadrukken, omdat kinderen van die leeftijd nog niet goed in de toekomst kunnen kijken. In een ander college leerden we ‘fake news’ van ‘echt nieuws’ te onderscheiden en leerden we hiernaast hoe we leerlingen ervan kunnen weerhouden bepaald soort alternatief nieuws te vertrouwen. Namen als Tisjeboy Jay, Lange Frans en het woord ‘wappie-wetenschapper’ vielen.

 

Dit bericht op Instagram bekijken

 

Een bericht gedeeld door Laila Mol (@lilahartist)

De weg naar een nieuw onderwijssysteem
Of wat je op school wordt geleerd juist of onjuist is, is een discussie die zeker gevoerd mag worden, -maar waar we wellicht nooit volledig samen uitkomen en waar ik niet in mijn eentje over kan oordelen. Ik wil daarom graag de focus verleggen naar wat we op dit moment op de meeste scholen (nog) níet leren en hoe buiten de kaders van vakken en muren denken kan bijdragen aan het leerplezier -en daarmee ook aan het leerrendement. Als je het aan mij vraagt, moet er een volledig nieuw onderwijssysteem komen en dit kan niet binnen het huidige, vicieuze systeem dat zichzelf in stand houdt. Leraren worden opgeleid door leraren, die opgeleid zijn door leraren: allen onderwezen op dezelfde manier. Hetgeen dat mijns inziens vooral ontbreekt, zijn de tools die je een onafhankelijk, vrijdenkend, dynamisch en liefhebbend mens maken. Wanneer een bedrijf volledige monopolie heeft, kan het extreem hoge prijzen hanteren -we zijn immers afhankelijk van dat ene bedrijf. Het schoolsysteem zoals we dat nu kennen, zouden we als een monopolie kunnen zien. De overheid bepaalt wat het curriculum is en hoe dit wordt getoetst aan de hand van een centraal examen. Iedereen die een diploma wil, moet dit examen doen. Het examen is wat ons wordt verkocht, en de prijs is onmenselijk hoog. We betalen met bijna 20 jaar van ons leven, waarvan we zelf niet mogen kiezen hoe deze jaren worden ingevuld. Het is van groot belang om ons de volgende vraag te stellen: is deze prijs het product waard? Ik denk van niet. Als we buiten dit systeem stappen, kunnen we een positieve vicieuze cirkel creëren: omdat wij worden opgeleid tot onafhankelijke denkers, hebben wij het systeem niet nodig. En omdat wij het systeem niet nodig hebben, verliest het haar monopolie-status en kunnen wij blijven bouwen aan ons eigen systeem.

Leren in de nieuwe wereld
Binnen een nieuw systeem zouden we af moeten van de huidige, limiterende categorieën waarin lesstof, leerlingen en docenten onder worden gebracht. We zouden niet meer in vakken moeten denken, maar in onderwerpen. En deze onderwerpen kunnen overlappen en aan elkaar relateren. Hoe gaaf is het als je bij een les wiskunde een bos ingaat om de diameter van een boom te berekenen? En als je er dan toch bent, leert waarom mos vaak maar aan 1 kant van een boom groeit? Hoe inspirerend is het als verschillende gastsprekers verschillende gebeurtenissen van de geschiedenis bespreken en onderling verschillende kanten belichten? En dat in een keukentafelsetting? We zouden vanuit zoveel mogelijk perspectieven, stemmen en invalshoeken moeten aansturen op divergent denken. Verschillende onderzoeken hebben immers aangetoond dat naarmate een kind langer in het huidige schoolsysteem zit, het minder goed divergent kan denken. Voor divergent denken is creativiteit nodig. Divergent denken houdt in dat je voor een ‘probleem’ verschillende oplossingen kan verzinnen. Een van de onderzoeken die hiernaar werd gedaan, maakte gebruik van een proef waarbij kinderen iets moesten maken dat als een soort paperclip kon dienen. Veel kinderen kwamen niet met 1, maar met zelfs 3 of 4 manieren waarop papier bij elkaar gehouden kon worden. Manieren waar veel ‘volwassenen’ nog nooit aan hadden gedacht. Naarmate deze kinderen ouder werden en langer op school zaten, konden zij steeds minder oplossingen voor een probleem bedenken. Ik heb helaas dan ook veel schrijnende voorbeelden gezien van creatieve, alternatieve -maar correcte antwoorden op een toets die werden afgekeurd, omdat dit niet juist was volgens het correctiemodel. In een nieuw systeem moeten we juist de focus leggen op alternatieve denkwijzen en de veelzijdigheid betreffende een verhaal of tactiek, wanneer een doel hetzelfde is. We moeten dus creativiteit stimuleren, individuele talentontwikkeling faciliteren en kinderen leren hoe deze kwaliteiten bijdragen aan een sterker collectief. Verschillen moeten juist gewaarborgd worden als we een sterker geheel willen. In de nieuwe wereld staan onafhankelijkheid, gezondheid van lichaam en geest, zelfbeschikking, empathie en kritisch denkvermogen voorop. In het huidige schoolsysteem krijgen kinderen niet de tools om onafhankelijk te zijn en het nieuwe systeem moet juist op onafhankelijkheid draaien. We moeten kinderen leren hoe zij kunnen ondernemen, voedsel kunnen verbouwen, zelf naar kennis kunnen graven, hun lichaam en geest gezond kunnen houden en hoe ze hun eigen kwaliteiten kunnen inzetten in samenwerking met anderen. Ook niveaus en leeftijd zullen geen hokje meer beslaan binnen het nieuwe systeem. Hoe motiverend is het als een oudere leerling onder begeleiding iets aan een jongere leerling kan leren? Wanneer we geen conventionele niveaus meer hanteren, wordt er meer geleerd vanuit de intrinsieke motivatie. De druk of angst om als ‘dom’ te worden gezien, omdat je bijvoorbeeld op het VMBO zit, is dan niet meer aanwezig.

Great Reset
Om terug te komen op de vraag die ik in de inleiding stelde: er is geen einddoel. Natuurlijk zijn er wel degelijk doelen, maar deze zijn onderdeel van een belangrijke reis. Een reis die niet alleen leerzaam is, maar ook ontzettend leuk is. Ik geloof stellig dat de mens van nature leergierig is, omdat we voldoening uit vooruitgang halen. Dit is ook waarom de meeste mensen meer focussen op mogelijke verbetering dan op wat al ‘goed’ gaat. En juist die verbetering laat zien hoe dynamisch wij zijn. Hier kan dus nooit een uniform, centraal examen of einddoel aan verbonden worden. Het leven begint dus niet pas na school, school is onderdeel van het leven en het leren stopt nooit. Het aantal staatsvrije scholen is nog nooit zo snel gegroeid en D66-kamerlid Paul van Meenen zei onlangs dat hij dit een ‘enge ontwikkeling’ vindt -een uitspraak die laat zien dat wij een kans van slagen hebben. We leven in een speciale tijd waarin veel bestaande structuren onderhevig zijn aan geweld. Het systeem komt hierdoor steeds meer op losse schroeven te staan, hetgeen volgens het World Economic Forum tot een Great Reset moet leiden. Er ontstaat hierdoor echter ook ruimte voor onze eigen reset en dit is een window of oppportunity die we moeten aangrijpen. Het stemt me hoopvol dat velen om mij heen dit ook als een unieke kans zien. Ik denk namelijk dat het creëren van een nieuwe wereld, iets dat zeer nauw verbonden is aan het onderwijs, alleen maar kan als we dit samen doen en de handen ineenslaan. Dit is wat ik onafhankelijkheid in verbinding noem en waarom we met onze unieke kwaliteiten voor een beter systeem kunnen zorgen. Inmiddels heb ik zelf (voorlopig) afscheid genomen van het huidige schoolsysteem, om zo van buitenaf mijn steentje bij te dragen aan een nieuwe wereld. Ook heb ik samen met mijn zusje De Vrijheidsvereniging opgericht, waar wij samen op een andere manier leren. Op mijn laatste dag in het onderwijs, vlak voor kerst, deelde ik een gedicht met mijn collega’s, waar ik ook dit stuk mee wil afsluiten.

Waar de dagen nu nog steeds donkerder worden, kan 1 dag het verschil maken.
Die ene dag waarop we ’s ochtends ontwaken en langzaam alles steeds lichter wordt. Het kantelpunt dat oude culturen al vierden -met versierde dennenbomen, maretakken en zang.

Al twee jaar zijn we samen op zoek naar deze dag. Waar afstand ervoor zorgt, dat het niet altijd saamhorig voelt, markeert het lichtpunt aan het eind van een donkere tunnel eenzelfde bestemming: een plek waar we ondanks onze fantastische verschillen samen vrij kunnen zijn -en denken.

Een plek waar deze verschillen de vragen oproepen die ons nieuwe kennis schenken, waar we het leren niet verleren. Waar ‘verlies’ altijd ruimte zal creëren, voor nieuwe inzichten en ideeën, waar we samen mee kunnen spelen.

En waar ook het palet aan angsten dat we delen als “zinloos geweld” zal oplossen in de fijnste stof en kleuren. Angst voor wat kan gebeuren, of de angst dat wat geweest is niet meer is, angst om stil te staan of angst om los te laten wat niet beweegt: je hebt altijd een keuze.

Want ook al is het lichtpunt ver, het willen leren zal ons altijd binden en het beste cadeau dat we elkaar dit jaar kunnen geven is een luisterend oor.

Laten we het ongewisse een wisselwerking veroorzaken: tussen docent en leerling, leerling en leerling en docent en docent. “Hoe zie jij dit?” En er voor waken dit verkeer niet in de vergetelheid van angst te verliezen. Laten we er samen voor kiezen, het kantelpunt te zijn. En “wat kan wél” te blijven vragen, elkaar uitdagen het “weten” te blijven bevragen.

Dit is hoe we school kunnen vieren. Laten we dit jaar niet alleen de kerstboom -maar voor nu- ook de tunnel met lichtjes versieren.

Gerelateerd

Middelbare scholier (17): “school is onderdeel van de WEF-agenda’’

Logo
Ons nieuws en interviews worden mogelijk gemaakt door onze leden. Help ons mee en word ook lid!
Word stamgast
Al vanaf €10 p/m
Reacties
Kruip aan de bar en klets mee over dit artikel.

Lees onze huisregels ook even. Wilt u ook meediscussiëren maar bent u nog geen lid? Meld u dan hier aan en geniet van alle voordelen.

Abonneer
Laat het weten als er
De nieuwsbrief met nieuws dat je nergens anders leest.